HET EEUWIGE LEVEN

DAT ZIJN BRON HEEFT IN GOD DE VADER,
BELICHAAMD IS IN CHRISTUS DE ZOON
EN BESCHIKBAAR IS GESTELD
AAN DE MENS DOOR DE GEEST

De wereld is een kosmos van handelswaar. Dagelijks gonst de planeet van de activiteit van het verhandelen van materialen van waarde. Naties stutten de waarde van hun economieën met voorraden goud; individuen vergaren rijkdom door hun slimme manipulatie van gewone dingen als sojabonen. Maar dit alles is tevergeefs. Hoeveel goederen we ook bezitten, hoeveel rijkdom we ook vergaren, uiteindelijk mislukt ons leven en sterven we. We zijn beperkt door het aanbod van wat het meest kostbaar en waardevol is – het leven. Leven is het meest gewild op deze aarde, maar er is geen markt voor en geen enkele hoeveelheid rijkdom kan het verwerven en behouden. Helaas neemt het aanbod van leven voor ieder van ons af, en ieder van ons zal op een bepaalde dag sterven.

God alleen geeft leven. De hele schepping getuigt dat Hij een God van leven is, en Hij schenkt vrijwillig leven aan Zijn schepping. Alle vormen van leven zijn echter vergankelijk; alles gaat uiteindelijk ten onder aan de dood. Alleen God Zelf is eeuwig levend, want Gods leven is eeuwig. Eeuwig betekent niet alleen eeuwig in de tijd. Gods leven is eeuwig in natuur, in kwaliteit, in kwantiteit, in ruimte en in tijd; het is zonder begin, zonder einde en zonder beperking, zoals God Zelf is. Wat wij het meest nodig hebben is dit eeuwige leven. Geen grotere gave kan er voor de mens zijn dan het eeuwige leven van God. Al onze rijkdom, al onze bezittingen, verbleken in waarde wanneer het eeuwige leven van God ons wordt getoond. Het grootste nieuws is dat God inderdaad Zijn eeuwige leven aan de mens wil geven. De Bijbel, Gods geïnspireerde verslag, vertelt ons duidelijk dat het leven van God is belichaamd in Christus de Zoon en door de Geest beschikbaar wordt gesteld aan allen die in Hem geloven.

DE VADER ALS BRON VAN LEVEN

De Bijbel openbaart dat de ware God drie-enig is; dat wil zeggen, Hij is één God (Dt. 6:4; 1 Kor. 8:4), maar Hij is de Vader, de Zoon en de Geest (Mt. 28:19). Deze drie bestaan eeuwig naast elkaar; Ze zijn te onderscheiden, maar niet te scheiden. Er zijn niet drie Goden, maar één Drie-enige God. Dit gaat het menselijk begrip te boven, zoals God dat ook moet zijn.

In de Godheid is er een suggestie betreffende het eeuwige leven van God in het feit dat de Eerste de Vader wordt genoemd en de Tweede de Zoon, beide wijzend op een relatie in leven. Zelfs de naam van de Derde van de Drie-eenheid, de Geest, impliceert het leven van God, want in de oorspronkelijke talen van de Bijbel betekenen de woorden voor Geest ook "adem", die het leven in Gods hogere schepselen in stand houdt. De namen van de Drie-eenheid wijzen dus op Hem als de God van leven.

Van de drie is de eerste de Vader, en als de Vader is Hij de bron van leven in de Drie-eenheid. Zoals de apostel Johannes zegt: "De Vader heeft leven in Zichzelf" (Joh. 5:26). Alle leven gaat uiteindelijk terug naar de Vader, en daarom is Hij de Vader van alles in de schepping (Ef. 3:15). In meer persoonlijke zin is Hij de Vader van elk menselijk wezen (Mal. 2:10; Lc. 3:38; Hnd. 17:28). Maar geen schepsel van Hem is van nature gelijk aan Hem, want al Zijn schepselen sterven. Hij verlangt er echter naar vele zonen te verwekken, die Zijn eeuwig leven zullen bezitten (Joh. 1:12-13) en deel zullen hebben aan Zijn goddelijke natuur (2 Pe. 1:4). Dit zijn de gelovigen van Christus, en door wedergeboorte wordt God hun echte Vader, en worden zij Zijn echte zonen. Door het ontvangen van het eeuwige leven van God, wordt God hun Vader in de meest intieme en ware zin.

CHRISTUS DE ZOON ALS LEVEN

Het Evangelie naar Johannes, het vierde verslag van het leven van de Heer Jezus Christus, presenteert deze wonderbaarlijke Persoon op een wonderbaarlijke manier: Het laat zien dat Hij God de Zoon is, dat wil zeggen, de Tweede van de Drie-enige God, die als leven tot de mens is gekomen. Het woord zoon drukt een relatie in leven met een vader uit, en Christus, als de Zoon van God, belichaamt volledig het leven van God de Vader. Johannes schrijft over Christus de Zoon: "In het Woord was leven, en het leven was het licht der mensen" (Joh. 1:4). Christus is de belichaming van het eeuwige leven van God. Toen Christus mens werd, werd Hij de bron van het eeuwige leven voor de mens. Dat eeuwige leven is een leven dat de dood overwint; het is een opstandingsleven. De Heer Jezus zei eens tegen Zijn discipelen: "Ik ben de opstanding en het leven" (Joh. 11:25). Hij is het onverwoestbare en onvergankelijke leven (Heb. 7:16; 2 Tim. 1:10). Dit geeft aan dat Hijzelf het leven van God is, niet slechts de levende God, en als het leven van God is Hij de opstanding die de dood overwint. Daarom is Hij, nadat Hij voor onze zonden aan het kruis gestorven was, opgestaan uit de dood, omdat het voor Hem niet mogelijk was door de dood vastgehouden te worden (Hnd. 2:24). Als God bracht Hij het eeuwige leven tot de mens; en als mens was Hij de eerste om de dood te overwinnen en het leven van God in opstanding te genieten. Hij opende de weg voor de rest van de mensheid om het eeuwige leven binnen te gaan.

In een ander gedeelte van het Evangelie naar Johannes zegt Christus ons in duidelijke woorden waarom Hij mens werd en waarom Hij tot de mens kwam: "Ik ben gekomen opdat zij leven hebben en het overvloedig hebben" (10:10). Christus kwam zeker om voor onze zonden te sterven, maar dit was niet de volledige reden van Zijn komst. Zijn dood volbracht de vergeving van onze zonden en onze eeuwige verlossing (Kol. 1:14; Heb. 9:12), maar Zijn opstanding brengt ons tot wedergeboorte met het eeuwige leven van God (1 Pe. 1:3). Door Zijn dood en opstanding wordt het leven dat Hij is ons leven. Als wij in Hem geloven en Zijn behoudenis aanvaarden, zullen wij het eeuwige leven van God genieten (Joh. 3:16; 20:31). Hij als mens was de eerste om de dood te overwinnen en het eeuwige leven binnen te gaan. Nu biedt Hij de mens dezelfde overwinning op de dood en de toegang tot het eeuwige leven door geloof in Hem.

DE GEEST VAN LEVEN

Het is wonderbaar dat het leven van God is belichaamd in Christus de Zoon en dat Hij verlangt dat de mensen dit eeuwige leven zullen hebben. Maar wij moeten ons afvragen hoe dit leven ons leven kan worden. Christus is opgestaan uit de dood, maar hoe kunnen wij, die nog steeds lijden onder de ellende van de gevallen mensheid, genieten van Gods opstandingsleven.

Volgens de Bijbel is Christus in de opstanding de levengevende Geest geworden (1 Kor. 15:45). Het leven van deze levengevende Geest is Christus als leven, het eeuwige leven van God; en wanneer dit leven aan de mens wordt gegeven, wordt het gegeven als de Geest. De Geest is de werkelijkheid van alles wat Christus is. De Heer Jezus zei tegen Zijn discipelen dat de Geest van werkelijkheid van Hem getuigt (Joh. 15:26) en de gelovigen leidt in alle werkelijkheid van Hem (Joh. 16:13). Dit betekent dat Christus tot onze werkelijkheid wordt gemaakt door de Geest. Wanneer de Geest tot de mens komt, wordt het leven van God de Vader, belichaamd in Christus de Zoon, werkelijk gemaakt voor de mens.

Omdat het leven van God, belichaamd in Christus, door de Geest aan de mens beschikbaar wordt gesteld, wordt de Geest in het Nieuwe Testament de Geest van leven genoemd (Rom. 8:2). Deze uitdrukking Geest van leven is uniek in zijn uitdrukking en moet op dezelfde manier worden opgevat als een vat van goud of een tafel van hout: het vat is goud en de tafel is hout. Wanneer we lezen over de Geest van leven, moeten we begrijpen dat de Geest leven is. Dit komt overeen met ons begrip van de Geest en van het eeuwige leven. Het eeuwige leven is God Zelf; en daarom, zoals Christus leven is, zo is ook de Geest leven. Maar in het bijzonder is de Geest leven, omdat Hij de werkelijkheid is van Christus als de belichaming van het leven van God de Vader.

De Drie-enige God is de God van leven, en door Hem als de bron van leven, de belichaming van leven, en de werkelijkheid van leven, kunnen wij sterfelijke mensen deelhebben aan en genieten van de onsterfelijkheid van God. Wanneer wij ons afkeren van onze gevallen toestand, onze zondige situatie belijden en geloven in Christus als leven, worden wij wedergeboren met het eeuwige leven van God en gaan wij de onsterfelijkheid binnen als Zijn eigen zonen. Zijn goddelijk en eeuwig leven wordt onze grootste schat en verheft ons tot op het eeuwige vlak.